Orchis olbiensis hè una pianta chì face partita di a famiglia di l'orchidaceae.
Orchis olbiensis hè una pianta chì face partita di a famiglia di l'orchidaceae.
L'orchis de Hyères (Orchis olbiensis) est une espèce d'orchidées terrestre française.
Les feuilles basales en rosette, sont oblongues et étroites, souvent tachées de brun-pourpre. L'inflorescence est un épi allongé de fleurs à symétrie bilatérale, pourpres, parfois roses. Les fleurs apparaissent à l'aisselle de bractées aussi longues que l'ovaire. Les sépales latéraux sont écartés vers l'extérieur alors que le sépale supérieur et les deux pétales latéraux sont ramenés en casque au-dessus du labelle trilobé, formant grossièrement un losange, au centre plus clair et tacheté. L'éperon est dressé et plus long que celui des autres orchis, la fleur est aussi plus pâle. L'ovaire est infère. La fleur se compose de 3 sépales pétaloïdes et de 3 pétales dont deux petits et un grand appelé labelle.
La floraison a lieu du mois de mars au mois de mai.
L'orchys de Hyères est une fleur trouvée sur la côte méditerranéenne française ainsi qu'en Corse de 0 à 1 800 m d'altitude.
Cette orchidée est considérée par certains auteurs comme une variété d'Orchis mascula (Orchis mascula var. olbiensis (Reut. ex Gren.) Nyman), et par d'autres comme appartenant à un genre différent (Androrchis olbiensis (Reut. ex Gren.) D. Tyteca & E. Klein).
Orchis olbiensis Reut. ex Gren., 1859 è una pianta appartenente alla famiglia delle Orchidacee.[1]
L'epiteto specifico deriva dalla antica città romana di Olbia (oggi Hyères), da non confondere con la omonima città della Sardegna.
È una pianta erbacea con fusto alto non più di 25–30 cm, verde alla base e porporino verso l'apice.
L'apparato radicale è costituito da due rizotuberi, tondeggianti o ellissoidi.
Le foglie, raggruppate alla base del fusto, sono oblungo-lanceolate, di colore verde, non maculate o minute punteggiature rosso-brune.
I fiori, di colore dal rosa al lilla, sono raggruppati in infiorescenze cilindriche formate da 6-12 fiori, più piccoli di quelli della sottospecie nominale. I sepali laterali, ovato-lanceolati, sono eretti, il mediano assieme ai petali, più piccoli, copre a casco il ginostemio. Il labello è trilobato, convesso in senso longitudinale, con lobo mediano più lungo dei laterali, con margine crenulato e con la parte basale più chiara e punteggiata da macchioline bruno-purpuree. Lo sperone è arcuato e ascendente. Il ginostemio è corto, con antere di colore verde-rossastro e masse polliniche di colore verde scuro.
Fiorisce da marzo ad aprile.
Specie priva di nettare, attira gli insetti impollinatori (imenotteri dei generi Apis, Eucera, Andrena, Bombus e talora anche coleotteri) grazie all'aspetto del suo fiore che ricorda quello di altre specie nettarifere.
Questa specie è diffusa nella parte occidentale del bacino del Mediterraneo (Nordafrica, Portogallo, Spagna e Francia meridionale).[1] In Italia è presente solo nella Liguria occidentale[2].
Cresce in prati magri, garighe e radure boschive, con predilezione per i suoli calcarei, da 0 a 600 m di altitudine.
Orchis olbiensis Reut. ex Gren., 1859 è una pianta appartenente alla famiglia delle Orchidacee.
L'epiteto specifico deriva dalla antica città romana di Olbia (oggi Hyères), da non confondere con la omonima città della Sardegna.
De kleine mannetjesorchis (Orchis olbiensis) is een Europese orchidee van het geslacht Orchis. Het is een vrij zeldzame soort van het westen van het Middellands Zeegebied, lijkend op een kleinere uitvoering van de gewone mannetjesorchis, die zeer vroeg op het jaar (vanaf maart) begint te bloeien.
De botanische naam Orchis is Oudgrieks, afkomstig van Theophrastus, en betekent teelbal, naar de dubbele wortelknol. De soortaanduiding olbiensis is afkomstig van de antieke Griekse kolonie Olbia, nu Hyères, een allusie op de vindplaats van het type-exemplaar.
De kleine mannetjesorchis is een tengere, 10 tot 25 cm hoge overblijvende geofyt met een ronde, naar boven toe roodbruin aangelopen bloemstengel, een wortelrozet met 3 tot 6 bladeren, 1 tot 3 stengelbladeren en een tot 8 cm lange, cilindrische tot eivormige, losbloemige aar met tot 15 kleine bloemen.
De grondbladeren zijn tot 10 cm lang, ovaal tot lancetvormig, dikwijls gevlekt of met rijen bruinrode puntjes bezet. De stengelbladeren zijn stengelomvattend. De schutbladeren zijn membraneus, korter dan het vruchtbeginsel en in dezelfde kleur als de bloem.
De bloemen zijn klein, bleekroze, lichtpaars, rood of witachtig, dikwijls aangenaam geurend. De laterale kelkbladen staan schuin of recht naar boven, niet teruggebogen. Het bovenste kelkblad vormt samen met de bovenste kroonbladen een helmpje.
De lip is tot 13 mm lang, plat tot bolvormig, drielobbig, de zijlobben teruggebogen, de middenlob langer, met een bleke centrale zone die soms heel dicht met rode stippen en vlekjes bedekt is, en weinig gekleurde randen. Het spoor is tot tweemaal zo lang als de lip, veel langer dan het vruchtbeginsel, opgericht en naar boven gebogen, met een verbrede, ronde top.
De bloeitijd is van maart tot mei, een maand eerder dan de gewone mannetjesorchis.
De soort is zeer variabel van kleur en grootte.
De kleine mannetjesorchis prefereert droge, kalkrijke en keienhoudende, zelden zure bodems, op zonnige tot licht beschaduwde plaatsen, zoals open plaatsen in garrigues en maquis, lichte bossen en arme graslanden. Van zeeniveau tot op hoogtes van 2.000 m.
De verspreiding van de kleine mannetjesorchis is beperkt tot het westelijk deel van het Middellandse Zeegebied, van Italië over Frankrijk, Spanje en Portugal, de Balearen, Marokko en Algerije tot in Tunesië.
In Frankrijk enkel langs de kust van de Middellandse Zee, van de Pyreneeën tot in Alpes-Maritimes en in Corsica.
De kleine mannetjesorchis is slechts plaatselijk voorkomend en eerder zeldzaam.
De kleine mannetjesorchis is een tetraploïde plant (2n=84), en blijkt binnen de groep van O.mascula het dichtst verwant met de eveneens tetraploïde O. canariensis van de Canarische Eilanden en O. patens uit Ligurië en Noord-Afrika. Vermoedelijk stammen de drie soorten af van een gemeenschappelijke stamvader met een overkoepelend verspreidingsgebied.
Verder kan de kleine mannetjesorchis verward worden met de enkele andere orchideeën van het geslacht Orchis, vooral met de mannetjesorchis (O. mascula). De kleine mannetjesorchis kan onderscheiden worden door de vroegere bloei (maart-mei tegenover april-juli), de tengere habitus, kleinere bloeiwijze met blekere bloemen met een in verhouding groot spoor, en de drogere en opener groeiplaatsen. Beide soorten komen trouwens enkel in Zuid-Frankrijk samen voor, in Spanje zijn ze strikt gescheiden door een intermediare soort, O. tenera.
Bronnen, noten en/of referentiesDe kleine mannetjesorchis (Orchis olbiensis) is een Europese orchidee van het geslacht Orchis. Het is een vrij zeldzame soort van het westen van het Middellands Zeegebied, lijkend op een kleinere uitvoering van de gewone mannetjesorchis, die zeer vroeg op het jaar (vanaf maart) begint te bloeien.
Orchis olbiensis là một loài thực vật có hoa trong họ Lan. Loài này được Reut. ex Gren. mô tả khoa học đầu tiên năm 1859.[1]
Orchis olbiensis là một loài thực vật có hoa trong họ Lan. Loài này được Reut. ex Gren. mô tả khoa học đầu tiên năm 1859.